annuleren
Resultaten voor 
Zoek in plaats daarvan naar 
Bedoelde u: 

Word nu lid en maak deel uit van onze community!

Prachtige verlichting fotograferen

profile.country.DE.title
Peter_S.
Genius
6.463  Weergaven

promo_lesson17.jpg

Wanneer je de prachtige verlichting van een stadsgezicht ziet, wil je die in foto's vastleggen. Hier laten we je zien hoe je verlichting fotografeert zodat de afbeeldingen de pracht uitstralen die je in de werkelijke scène ziet. Stel bij het fotograferen de camera in op de A-modus zodat je het diafragmakunt aanpassen. Over het algemeen verklein je het diafragma wanneer je de hele scène wilt vastleggen en vergroot je het diafragma zoveel mogelijk wanneer je de verlichting of versiering wilt benadrukken en er een close-up van maakt.

 

De hele scène fotograferen

Soms wil je bij het fotograferen van verlichting de hele scène als stadsgezicht vastleggen en soms wil je misschien juist close-ups van je onderwerp maken.

image-1.jpg

A: Hele scène vastgelegd. Brandpuntsafstand: 24 mm (gelijk aan 35 mm), F-stop: 2.8, Sluitertijd: 1/60 seconde.
B:Close-up vastgelegd. Brandpuntsafstand: 50 mm, F-stop: 1.8, Sluitertijd: 1/80 seconde.

 

Over het algemeen geldt dat je bij het fotograferen van de hele scène de belichtingscompensatie, witbalansen Creative Style het beste net zo kunt instellen als bij nachtfotografie. Zie ook Spectaculaire nachtscènes vastleggen, waarin de basisbeginselen voor nachtfotografie worden behandeld.

 

Diafragma-instelling

Als je de camera op de hele scène scherpstelt, gebruik dan een kleiner diafragma. Je kunt prachtige scherpe foto's van de hele scène maken door het diafragma op een waarde tussen f8 en f11 in te stellen. Als je geen statief hebt, moet je camerabewegingen echter zien te voorkomen. Open het diafragma zo ver mogelijk, zelfs wanneer je een hele scène fotografeert.

 

Belichtingscompensatie

Een basistip voor het fotograferen van verlichting: pas de helderheid aan om de algehele sfeer te creëren. Afhankelijk van de lichtbron en de camera-instellingen, zorgt aanpassing van de belichtingscompensatie naar + voor levendigere afbeeldingen.

 

image-2.jpg
A: Belichtingscompensatie: 0 (indien ingesteld op Multipatroonmeting).
B: Belichtingscompensatie: +1,3 (indien ingesteld op Multipatroonmeting).


Echter, omdat er bij het fotograferen van verlichting grotere verschillen tussen heldere en donkere gebieden zijn dan bij typische nachtscènes, kan er sprake zijn van meer contrast en kun je mogelijk niet alles vastleggen wat je ziet door alleen de belichtingscompensatie aan te passen. Probeer in dat geval de D-Range Optimizer (DRO) aan te passen. Met DRO analyseer je het beeld en regel je de optimale helderheid voor elk deel van de afbeelding. Waar belichtingscompensatie de algehele helderheid van de afbeelding bepaalt, past deze functie de helderheid alleen in onder- of overbelichte gebieden aan. Dat is vooral effectief als er sprake is van veel lichtcontrast.
Bij het fotograferen van verlichting wordt het effect van deze functie duidelijk bij sterkere niveaus (Lv3 tot Lv5). Te veel correctie kan echter onnatuurlijke foto's en opvallende ruis tot gevolg hebben. Kies dus een optimaal niveau en controleer de opnamen die je hebt gemaakt.

 

les17_1_5_modal.jpg
DRO: Uit.

 

les17_1_6_modal.jpg
DRO: Lv5.


Hier is DRO ingesteld op Lv5. Met DRO aan worden de donkere gebieden helderder. Dat resulteert in een opname die meer lijkt op wat we met het blote oog zien. Een andere handige functie is auto HDR. Hiermee worden tegelijkertijd drie opnamen met verschillende belichtingen gemaakt en vervolgens over elkaar gelegd om de heldere én donkere gebieden vast te leggen.
Zie de gebruikershandleiding of het handboek voor informatie over het gebruik van DRO en auto HDR.

 

Witbalans

Je kunt de uitstraling van verlichte opnamen veranderen door de witbalans aan te passen. Hoewel auto-WB (automatische witbalans) voor kleuren kan zorgen die dicht bij onze waarnemingen liggen, kun je met Daglicht de opname echter een warme sfeer en met Kunstlicht een koude of etherische sfeer geven.

 

les17_1_7_modal.jpg
Witbalans: AWB.
 
les17_1_8_modal.jpg
Witbalans: Zonlicht.
 
les17_1_9_modal.jpg
Witbalans: Kunstlicht.

 

Creative Style

Als het aanpassen van de belichtingscompensatie, DRO en witbalans niet genoeg is, kun je ook proberen de verzadiging in Creative Style naar + aan te passen. Dat maakt de weergave van verlichting extra spectaculair. Het is ook raadzaam om de Creative Style-instelling te wijzigen. Probeer maar eens te spelen met de vele beschikbare Creative Style-instellingen.

 

les17_1_10_modal.jpg
Creative Style: Standaard, geen aanpassing van de verzadiging.

 

les17_1_11_modal.jpg

Creative Style: Standaard, verzadiging aangepast naar +.

 

Close-ups fotograferen

Probeer bij het fotograferen van verlichting close-ups te maken van versieringen en kleine objecten dichtbij. Bij een close-up van alleen de verlichting komen vaak vooral de lampen en snoeren in beeld. Als je close-ups maakt van versieringen of de achtergrond goed positioneert, krijg je vaak juist indrukwekkende foto's.

les17_2_1_modal.jpg

(1) Opname vanaf ooghoogte.
 
les17_2_2_modal.jpg(2) Opname vanuit een andere hoek.

 

Hier is een close-up van een kerstbal. Bij opname (1) is op de kerstbal ingezoomd, zonder de achtergrond aan te passen. Er is geen verlichting op de achtergrond is, waardoor de hele opname donker en de balans matig wordt. Bij opname (2) is de camerahoek zo gekozen dat er een andere boom op de achtergrond te zien is. De balans is beter dan bij opname (1) en de prachtige omgeving komt er fraai in naar voren. Om de achtergrond zo veel mogelijk te vervagen, is het diafragma helemaal geopend. Met de automatische belichting was de opname echter donker, zodat de belichtingscompensatie naar + is aangepast. De foto rechtsboven is een goede alternatieve ingezoomde opname van een klein primair onderwerp met de verlichting zelf als secundair onderwerp in de compositie.

les17_2_3_modal.jpg

De verlichting op de voorgrond vervagen. Brandpuntsafstand: 70 mm (gelijk aan 35 mm), F-stop: 2.8, Sluitertijd: 1/100 seconde.


Je kunt bij het fotograferen de verlichting op de voorgrond vervagen, net zoals je dat met de verlichting op de achtergrond kunt doen. Grote onscherpe verlichte bollen kunnen de opname een magisch effect geven. Het formaat en het aantal onscherpe bollen kunnen zeer uiteenlopen, afhankelijk van de verlichting, afstand tot het licht en de camerahoek voor de opname. Probeer voor een optimale beeldbalans meerdere opnamen te maken terwijl je je verplaatst. Gebruik de handmatige scherpstellingals het lastig is om in te zoomen op het onderwerp op de achtergrond.

image-3.jpg

A: Brandpuntsafstand: 130 mm, F-stop: 5.6, Sluitertijd: 1/200 seconde.
B: Brandpuntsafstand: 91 mm, F-stop: 5.6, Sluitertijd: 1/125 seconde, met kruisfilter.


Voor opname (A) is de handmatige scherpstelling gebruikt om alles wazig weer te geven. Dat is een goede manier om een interessante foto te maken wanneer het onderwerp uit alleen verlichting bestaat.
Je kunt, afhankelijk van de toepassing, ook een in de handel verkrijgbaar kruisfilter gebruiken om een briljante foto te maken, zoals je in (B) ziet.

 

Een lens met vaste brandpuntsafstand gebruiken

Met een lens met vaste brandpuntsafstand kun je indrukwekkende foto's maken waarin de achtergrond nog waziger is. Dat werkt goed bij het fotograferen van verlichting. Met een lens met vaste brandpuntsafstand kun je meer licht vastleggen dan met een zoomlens. Zo ontstaat er minder ruis en kun je ook in donkere gebieden met gemak fotograferen.

 

image-4.jpg
A: F-stop: 2.0, Sluitertijd: 1/640 seconde.
B: F-stop: 1.8, Sluitertijd: 1/80 seconde.